Beperkte samenwerking
- De ene partner vraagt, de andere geeft. De samenwerking is eenDe ene partner vraagt, de andere geeft. De samenwerking is eenrichtingsverkeer.richtingsverkeer.
- De partners blijven naast elkaar werken. Zij blijven hun eigen werkvorm hanteren, los van elkaar. Verschillen worden benaderd in termen van beter of slechter.
- Men voelt zich enkel verantwoordelijk voor het eigen aandeel in de begeleiding of samenwerking.
- De samenwerking is ad hoc. Doorverwijzingen, samenwerking en communicatie vinden eerder toevallig plaats of zijn het resultaat van individuele initiatieven
- De samenwerking wordt niet regelmatig geëvalueerd. Dit gebeurt enkel als er zich problemen voordoen
- De partners werken vooral samen in crisissituaties, als er problemen opduiken die één van de partners als onhoudbaar ervaart.
Sterke samenwerking
- Beide partners vragen en geven aan elkaar. Die wederkerigheid wordt ervaren als een meerwaarde voor de eigen werking.
- De samenwerking is complementair. De gebruikte werkvormen vullen elkaar aan. Kennis en ervaring worden gedeeld, met de erkenning van elkaars expertise als een meerwaarde.
- Er ontstaat een gedeelde eindverantwoordelijkheid in de begeleiding of samenwerking. Men werkt samen aan een gemeenschappelijk traject, al voert men slechts een deel ervan uit.
- De samenwerking is structureel. Doorverwijzingen, samenwerking en communicatie zitten structureel ingebed in de werking van alle partners.
- Belangrijke afspraken staan op papier en worden regelmatig geëvalueerd. Er is plaats voor respectvolle feedback en bereidheid om van elkaar te leren.
- De partners ondersteunen elkaar in visieontwikkeling, preventie, vroegdetectie en diagnostiek. De wederzijdse expertise wordt ook en vooral gebruikt om problemen te voorkomen.